Constipatie (verstopping)

Inhoudsopgave:

Constipatie (verstopping)
Constipatie (verstopping)
Anonim

constipatie

Constipatie is wanneer de ontlasting minder vaak wordt geleegd dan normaal of wanneer het moeilijker is om te poepen. Meestal treden aanvullende symptomen op zoals winderigheid of buikpijn. Incidentele constipatie komt vaak voor en verdwijnt in de meeste gevallen vanzelf Bij terugkerende of chronische constipatie is het zinvol om de behandeling te starten en, indien nodig, de oorzaak op te helderen.

Vooral chronische constipatie kan de kwaliteit van leven van de getroffenen ernstig aantasten. Het kan op alle leeftijden voorkomen; de frequentie neemt toe met de leeftijd.

navigatie

  • Lees verder
  • meer over het onderwerp
  • Advies, downloads & tools
  • Wat zijn de symptomen?
  • Wat zijn de oorzaken van obstipatie?
  • Hoe wordt de diagnose gesteld?
  • Hoe wordt constipatie behandeld?
  • Hoe constipatie te voorkomen
  • Aan wie kan ik vragen?
  • Hoe worden de kosten gedekt?

Wat zijn de symptomen?

Een verstopping kenmerkt zich door verschillende kenmerken, bijvoorbeeld:

  • de darm wordt minder vaak geleegd dan normaal,
  • de hoeveelheid uitgescheiden ontlasting is minder dan normaal,
  • verwijdering van ontlasting is alleen mogelijk met moeite (bijvoorbeeld door hard te drukken),
  • de ontlasting is hard en droog, mogelijk klonterig,
  • de betrokkene heeft het gevoel dat de darm niet volledig geleegd is,
  • de betrokkene heeft het gevoel van een verstopping in de darmen.

Dit kan ook leiden tot buikpijn, een opgeblazen gevoel, misselijkheid en gasvorming. Een afname van darmgeluiden of een ophoping van ontlasting in de darm die door de buikwand kan worden gepalpeerd, is mogelijk.

Opmerking In ieder geval dient een arts te worden geraadpleegd als pijn of bloeding optreedt tijdens stoelgang, als er sprake is van gewichtsverlies, vermoeidheid en uitputting, of als de symptomen snel toenemen.

Een richtlijn voor het diagnosticeren van constipatie is minder dan drie stoelgangen per week. Als de symptomen langer dan drie maanden aanhouden, wordt dit chronische constipatie genoemd.

Wat zijn de oorzaken van obstipatie?

De redenen liggen vaak in de leefstijl, waarbij een ongunstige voeding (bijvoorbeeld onvoldoende vezelinname) in combinatie met te weinig beweging een grote rol speelt. Constipatie kan ook organische oorzaken hebben en verband houden met een ziekte. Veel medicijnen hebben ook een negatief effect op de spijsvertering. Het is niet ongebruikelijk dat constipatie wordt veroorzaakt door een combinatie van verschillende factoren.

Mogelijke oorzaken van obstipatie kunnen zijn:

  • vezelarm dieet,
  • onvoldoende hydratatie,
  • Sedentaire levensstijl of bedlegerig zijn
  • Negeren of onderdrukken van de natuurlijke drang om te poepen (bijvoorbeeld bij het dagelijkse werk),
  • Reflecterend ontlastingsgedrag als gevolg van pijnlijke stoelgang, bijv. Met anale kloven, vers getromboseerde aambeien
  • Geneesmiddelen zoals ijzersupplementen, antidepressiva, hormonale anticonceptiva (progestagenen), medicatie tegen hoge bloeddruk,
  • hormonale factoren, bijv. hypothyreoïdie, zwangerschap,
  • Elektrolytstoornissen (bijv. Hypokaliëmie, hypercalciëmie),
  • neurologische aandoeningen, bijv. de ziekte van Parkinson, multiple sclerose,
  • Diabetes mellitus (de beweeglijkheid van de darm is verminderd),
  • Vernauwing van het darmkanaal (stenose), bijv. Bij diverticulitis, de ziekte van Crohn, tumor,
  • Constipatie bij functionele aandoeningen van de darm, bijv. Prikkelbare darmsyndroom,
  • psychologische oorzaken, bijv. depressie, anorexia, stress.

Hoe wordt de diagnose gesteld?

De eerste stappen omvatten een uitgebreid anamnese-interview, waarin wordt besproken welke klachten aanwezig zijn en hoe lang ze bestaan. De arts zal vragen naar de frequentie en samenstelling van ontlasting, eetgewoonten, eventuele bijbehorende symptomen zoals pijn en winderigheid en andere ziekten. Of en welke medicatie wordt ingenomen, is ook zeer informatief voor de arts, aangezien dit verband kan houden met veranderingen in de stoelgang.

Daarnaast maakt lichamelijk onderzoek deel uit van de basisdiagnose. De arts voelt de maag en onderzoekt de anus (rectaal onderzoek). Een ontlastingsmonster, een abdominale echografie of een bloedtest kan nodig zijn.

Afhankelijk van de symptomen en de vermoedelijke diagnose, kan nader onderzoek nodig zijn, zoals een colonoscopie. Een endoscoop met een kleine camera wordt via de anus in de darm ingebracht. Coloscopie wordt ook aanbevolen als onderdeel van een preventief onderzoek vanaf de leeftijd van 50 jaar.

Mogelijke verdere onderzoeksmethoden zijn:

  • Röntgenonderzoek van de darmen en buik,
  • Bepaling van de doorgangstijd van de dikke darm (de tijd die de ontlasting nodig heeft om door de dikke darm te gaan): de patiënt slikt capsules met radiopake markeringen in, waarvan het pad door de dikke darm kan worden weergegeven met röntgenfoto's,
  • Radiologische weergave van ontlasting door middel van röntgenstraling of magnetische resonantietomografie (om eventuele anatomische of structurele veranderingen in het rectum te detecteren),
  • Beoordeling van de functie van de sluitspier door meting van de druk van het rectum (anorectale manometrie).

Tip Het kan handig zijn om een ‘stoelgangdagboek’ bij te houden als voorbereiding op een bezoek aan de dokter. Noteer de frequentie van evacuaties gedurende een lange periode en een korte beschrijving van de ontlasting. U kunt ook een foto maken van de stoel.

Hoe wordt constipatie behandeld?

In het geval van constipatie is het in principe belangrijk om de onderliggende oorzaak vast te stellen en causaal te behandelen.

Constipatie wordt voornamelijk behandeld door veranderingen in levensstijl. Belangrijke maatregelen zijn:

  • Verhogen van het vezelgehalte in de voeding (groenten, volkorenproducten, fruit, enz.),
  • indien nodig extra vezels zoals vlooienzaden of tarwezemelen,
  • Zorg ervoor dat je voldoende drinkt (minimaal twee liter per dag)
  • let op regelmatige lichaamsbeweging die bij de leeftijd past,
  • Vermijd onderdrukking van stoelgang.

Als deze maatregelen niet of niet het gewenste succes opleveren, beslist de arts welke verdere maatregelen individueel zinvol zijn. U kunt kiezen uit:

  • hulpmiddelen voor rectale evacuatie in de vorm van zetpillen of klysma's (klysma),
  • orale laxeermiddelen (laxeermiddelen), bijv. drinkoplossingen met polyethyleenglycol, niet-opneembare suiker, smeermiddelen, bisacodyl,
  • Prokinetiek die de stoelgang beïnvloedt, bijv. Prucalopride,
  • Bevordering van vochtafscheiding in de darm (vooral bij prikkelbare darmsyndroom), bijv. Linaclotide,
  • Combinatie van verschillende maatregelen, bijv. Hulpmiddel voor rectale evacuatie plus oraal laxeermiddel,
  • Biofeedback-therapie (vooral bij functiestoornissen van de bekkenbodem).

Afhankelijk van de oorzaak kunnen ook chirurgische maatregelen worden genomen (als laatste therapeutische optie), bijv.

  • Sacrale zenuwstimulatie (voor onderliggende neurologische oorzaken). Tijdens een operatie wordt een kleine elektrode in het sacrumgebied geplaatst. Dit stuurt zwakke elektrische impulsen naar de zenuwen die de functie van de blaas en darmen regelen, waardoor hun functie wordt hersteld;
  • Aanmaken van een (tijdelijke) kunstmatige anus (stoma),
  • chirurgische verwijdering van een deel van de darm.

Opmerking In geen geval mogen laxeermiddelen worden gebruikt zonder voorafgaand overleg met uw arts - het is absoluut noodzakelijk dat u hierover met uw arts praat!

Hoe constipatie te voorkomen

Algemene preventieve maatregelen zijn primair gericht op eetgewoonten. Een voldoende inname van vezels (ondersteund door voldoende drinken) helpt constipatie tegen te gaan. Voedingsvezels komen voor in graanproducten (liever volle granen), peulvruchten en groenten. Gedroogd fruit (gedroogd fruit) heeft ook een laxerende werking. Meer over het onderwerp: koolhydraten en vezels.

Voor meer tips over het gebruik van een dieet om constipatie te bestrijden, zie Als uw spijsvertering staakt.

Aan wie kan ik vragen?

Voor opheldering en behandeling van constipatie kunt u terecht bij een huisarts of een specialist in interne geneeskunde (specialisatie gastro-enterologie en hepatologie).

Hoe worden de kosten gedekt?

De e-card is uw persoonlijke sleutel tot de voordelen van de wettelijke zorgverzekering. Alle noodzakelijke en gepaste diagnostische en therapeutische maatregelen worden overgenomen door uw verantwoordelijke sociale verzekeringsmaatschappij. Voor bepaalde diensten kan een eigen risico of bijdrage in de kosten gelden. Voor gedetailleerde informatie kunt u terecht bij uw socialezekerheidsinstantie. Verdere informatie is ook te vinden op:

  • Recht op behandeling
  • Bezoek aan de dokter: kosten en eigen risico
  • Wat kost het verblijf in het ziekenhuis
  • Receptkosten: zo worden de medicijnkosten gedekt
  • Revalidatie en genezing
  • Medische hulpmiddelen en hulpmiddelen
  • Gezondheidsberoepen AZ

en via de onlinegids vergoeding sociale verzekeringen

Aanbevolen: